Berekening klantenvergoeding bij einde agentuurovereenkomst (artikel 7:442 BW). Vervolg op HR 2/11/2012 ECLI:NL:HR:2012:BW9865.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Arbeid, agentuurovereenkomst.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Tussen appellante en geïntimeerde bestond een overeenkomst op grond waarvan appellante voor geïntimeerde in Noord-Nederland bemiddeling verleende bij de totstandkoming van overeenkomsten tussen klanten en een onderneming in kleding en sieraden. Nadat geïntimeerde de overeenkomst tussen partijen heeft opgezegd, vordert appellante van geïntimeerde betaling van een klantenvergoeding op grond van artikel 7:442 BW. Hoewel de overeenkomst tussen partijen niet aan te merken is als een agentuurovereenkomst in de zin van artikel 7:428 lid 1 BW, kan worden geconcludeerd dat wel sprake was van een overeenkomst van opdracht die wezenlijke elementen bevat van een agentuurovereenkomst. Aanvulling rechtsgronden op grond van artikel 25 Rv. Redelijkheid en billijkheid brengen mee dat op grond van de overeenkomst tussen partijen aan appellante een vergoeding toekomt.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Bestuurdersaansprakelijkheid. Beroep op verjaring, art. 3:310 lid 1 BW. Tijdstip waarop verjaringstermijn is gaan lopen; maatstaf. Bekendheid met gedragingen bestuurder die later oorzaak van de schade blijken te zijn. Stuiting van de verjaring door eis in rechte, art. 3:316 lid 2 BW. Invloed royement; vertrouwen dat procedure niet hervat wordt.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Executiegeschil. Vraag of dwangsommen zijn verbeurd wordt bevestigend beantwoord. Beslag opgeheven op voorwaarde van zekerheidstelling en de tenuitvoerlegging van het eerdere kortgedingvonnis wordt verboden m.b.t. de incassering van dwangsommen boven een nader aangeduid bedrag.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
OK; enqueterecht; geen louter vermogensrechtelijk geschil; impasse onvoldoende ernstig; afwijzing verzoek.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Huurovereenkomst. Vordering tot betaling van achterstallige huur. Huurder stelt dat er contractsoverneming heeft plaatsgevonden en dat hij niet aansprakelijk is voor de achterstallige huur. Het hof oordeelt dat uit de correspondentie tussen partijen niet is gebleken dat verhuurder ermee instemde dat er contractsoverneming zou plaatsvinden. Verhuurder stond in zijn recht om aanvullende documenten te verlangen van de nieuwe huurder.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Incident. Verwijzing kantonrechter. Rechtsverhouding tussen kunstenaar en galerie te beschouwen als agentuurovereenkomst.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Incident. Verwijzing kantonrechter. Rechtsverhouding tussen kunstenaar en galerie kwalificeert niet als agentuurovereenkomst.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Internationaal privaatrecht. Bevoegdheid Nederlandse rechter. Geen forumekeuze voor op onrechtmatige daad gebaseerde vordering. Geen forum necessitatis.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.