Jurisprudentie

Filter
14-01-2016
Rechtbank Amsterdam, ECLI:NL:RBAMS:2016:153

Zaak van een pakketbezorger (subcontractor) tegen PostNL. Gelet op alle omstandigheden van het geval, er geen sprake is van een arbeidsovereenkomst. Van overwegend belang is dat de subcontractor al sinds eind jaren 80 als zelfstandig koerier werkt en zich meer wel dan niet laat vervangen tijdens de werkzaamheden. De vorderingen van de subcontractor zijn afgewezen.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

12-01-2016
Rechtbank Oost-Brabant, ECLI:NL:RBOBR:2016:81

Zaak aangespannen door pakketbezorger (subcontractor) van PostNL tegen PostNL. Ten aanzien van hem is geoordeeld dat, alle omstandigheden in aanmerking nemend, er geen sprake is van een arbeidsovereenkomst. De subcontractor reed structureel meerdere routes, waarvoor hij in toenemende mate ook anderen heeft ingezet. Daarbij ging het om het aannemen van een zodanig werkaanbod dat dit niet door één persoon te rijden was. Om het werk te kunnen verrichten heeft hij een 2e bus aangeschaft. Deze situatie vertoont meer de kenmerken van zelfstandig ondernemerschap dan van een arbeidsovereenkomst.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

12-01-2016
Rechtbank Oost-Brabant, ECLI:NL:RBOBR:2016:83

Zaak aangespannen door pakketbezorger (subcontractor) van PostNL tegen PostNL. Ten aanzien van hem is geoordeeld dat, alle omstandigheden in aanmerking nemend, er geen sprake is van een arbeidsovereenkomst. Hierbij was van doorslaggevend belang dat de wil van de subcontractor in de uitvoeringsfase uitdrukkelijk niet gericht is geweest op het aangaan van een arbeidsovereenkomst. De vorderingen van de subcontractor zijn afgewezen.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

06-01-2016
Rechtbank Midden-Nederland, ECLI:NL:RBMNE:2016:85

Zaak aangespannen door pakketbezorger van PostNL tegen PostNL. Ten aanzien van hem is geoordeeld dat hij geen arbeidsovereenkomst heeft met PostNL. Daartoe is het volgende van belang. De subcontractor was ook voor aanvang van zijn werkzaamheden voor PostNL al een aantal jaren als zelfstandige ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Hij verricht gedurende slechts één dag per week werkzaamheden voor PostNL en op andere dagen werkt hij voor andere opdrachtgevers. Derhalve kan ook niet worden gezegd dat hij economisch afhankelijk is van PostNL. Alle omstandigheden in aanmerking genomen en afwegend, komt bij de subcontractor een beeld naar voren van een subcontractor die bewust heeft gekozen voor het zelfstandig ondernemerschap, die geacht mag worden de consequenties daarvan te kunnen overzien en zich daar ook naar heeft gedragen.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

06-01-2016
Rechtbank Midden-Nederland, ECLI:NL:RBMNE:2016:103

Zaak aangespannen door pakketbezorger van PostNL tegen PostNL. Ten aanzien van hem is geoordeeld dat hij geen arbeidsovereenkomst heeft met PostNL. Daartoe is het volgende van belang. De subcontractor heeft een proefperiode gehad van zes weken. Hij heeft dus tijd gehad om het contract met PostNL goed te overwegen voordat hij de vervoersovereenkomst tekende en zelf een bus aanschafte. Voorts acht de kantonrechter van groot belang dat de subcontractor een arbeidsovereenkomst aangeboden heeft gekregen. Hij is hier echter niet mee akkoord gegaan omdat hij het salaris te laag vond – hij meende voor een salaris van € 1.750,00 bruto per maand in aanmerking te komen (één schaal of trede hoger) – en de omvang van de vergoeding die PostNL voor zijn bus wilde betalen voor hem onduidelijk was. Alle omstandigheden in aanmerking genomen en afwegend, komt bij de subcontractor een beeld naar voren van een subcontractor die bewust en op eigen initiatief heeft gekozen voor het zelfstandig ondernemerschap, die geacht mag worden de consequenties daarvan te kunnen overzien, zich daar ook naar heeft gedragen en op het moment suprême – 21 september 2015 – heeft geopteerd voor afwijzing van de werknemersstatus en daarmee voor voortzetting van zijn ZZP-erschap.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

23-12-2015
Rechtbank Midden-Nederland, ECLI:NL:RBMNE:2015:9119

Niet gebleken dat de overeenkomst is gesloten met gedaagde in plaats van haar vennootschap. Kostenveroordeling ex artikel 245 Rv; mogelijk is een vennootschap door verwarring met een eenmanszaak met dezelfde naam ten onrechte als eiseres opgevoerd. Uitlaten.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen. 

22-12-2015
Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, ECLI:NL:GHSHE:2015:5337

Totstandkoming overeenkomst met BV i.o.; betaling provisiefacturen.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen. 

18-12-2015
Rechtbank Noord-Holland, ECLI:NL:RBNHO:2015:11232

De rechtbank Noord-Holland heeft op 18 december 2015 uitspraak gedaan in drie zaken die waren aangespannen door pakketbezorgers van PostNL tegen PostNL. Ten aanzien van twee pakketbezorgers is geoordeeld dat zij een arbeidsovereenkomst hebben met PostNL, bij de derde was dit niet het geval. De kantonrechter heeft in twee zaken geoordeeld dat sprake is van een arbeidsovereenkomst. De beschermingsgedachte van het arbeidsrecht brengt met zich dat in een situatie als de onderhavige, waar sprake is van een maatschappelijk ongelijkwaardige positie en van ongeschoolde, laag betaalde arbeid met een hoog “productiegehalte”, aan de partijbedoeling zoals deze op schrift is gesteld in beginsel minder betekenis toegekend dient te worden. Doorslaggevend is de wijze waarop partijen feitelijk uitvoering hebben gegeven aan de overeenkomst. Gelet op de hoge mate van gedetailleerde instructies die PostNL geeft ten aanzien van de uitvoering van het werk zoals de eisen waaraan de bus dient te voldoen, kleding en schoeisel, de wijze waarop de routes gereden dienen te worden, de controle die hierop wordt uitgeoefend, het feit dat de subcontractor zich niet structureel mag laten vervangen en alleen door vooraf door PostNL goedgekeurde vervangers en tenslotte het feit dat deze subcontractors alleen voor PostNL werken en daardoor in een economisch afhankelijke positie zijn komen te verkeren, ontbreekt het zelfstandig ondernemerschap en acht de kantonrechter alle essentialia van een arbeidsovereenkomst aanwezig. Ten aanzien van een derde subcontractor heeft de rechter geoordeeld dat geen arbeidsovereenkomst aanwezig was. Deze subcontractor was ook voor aanvang van zijn werkzaamheden voor PostNL al als zelfstandige ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en reed structureel meerdere routes die niet door één persoon te bemensen waren. Hij zette dan ook structureel betaalde vervangers in. Deze situatie vertoont meer de kenmerken van zelfstandig ondernemerschap dan van een arbeidsovereenkomst.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen. 

18-12-2015
Rechtbank Noord-Holland, ECLI:NL:RBNHO:2015:11230

De rechtbank Noord-Holland heeft op 18 december 2015 uitspraak gedaan in drie zaken die waren aangespannen door pakketbezorgers van PostNL tegen PostNL. Ten aanzien van twee pakketbezorgers is geoordeeld dat zij een arbeidsovereenkomst hebben met PostNL, bij de derde was dit niet het geval. De kantonrechter heeft in twee zaken geoordeeld dat sprake is van een arbeidsovereenkomst. De beschermingsgedachte van het arbeidsrecht brengt met zich dat in een situatie als de onderhavige, waar sprake is van een maatschappelijk ongelijkwaardige positie en van ongeschoolde, laag betaalde arbeid met een hoog “productiegehalte”, aan de partijbedoeling zoals deze op schrift is gesteld in beginsel minder betekenis toegekend dient te worden. Doorslaggevend is de wijze waarop partijen feitelijk uitvoering hebben gegeven aan de overeenkomst. Gelet op de hoge mate van gedetailleerde instructies die PostNL geeft ten aanzien van de uitvoering van het werk zoals de eisen waaraan de bus dient te voldoen, kleding en schoeisel, de wijze waarop de routes gereden dienen te worden, de controle die hierop wordt uitgeoefend, het feit dat de subcontractor zich niet structureel mag laten vervangen en alleen door vooraf door PostNL goedgekeurde vervangers en tenslotte het feit dat deze subcontractors alleen voor PostNL werken en daardoor in een economisch afhankelijke positie zijn komen te verkeren, ontbreekt het zelfstandig ondernemerschap en acht de kantonrechter alle essentialia van een arbeidsovereenkomst aanwezig. Ten aanzien van een derde subcontractor heeft de rechter geoordeeld dat geen arbeidsovereenkomst aanwezig was. Deze subcontractor was ook voor aanvang van zijn werkzaamheden voor PostNL al als zelfstandige ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en reed structureel meerdere routes die niet door één persoon te bemensen waren. Hij zette dan ook structureel betaalde vervangers in. Deze situatie vertoont meer de kenmerken van zelfstandig ondernemerschap dan van een arbeidsovereenkomst.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen. 

18-12-2015
Rechtbank Noord-Holland, ECLI:NL:RBNHO:2015:11226

De rechtbank Noord-Holland heeft op 18 december 2015 uitspraak gedaan in drie zaken die waren aangespannen door pakketbezorgers van PostNL tegen PostNL. Ten aanzien van twee pakketbezorgers is geoordeeld dat zij een arbeidsovereenkomst hebben met PostNL, bij de derde was dit niet het geval. De kantonrechter heeft in twee zaken geoordeeld dat sprake is van een arbeidsovereenkomst. De beschermingsgedachte van het arbeidsrecht brengt met zich dat in een situatie als de onderhavige, waar sprake is van een maatschappelijk ongelijkwaardige positie en van ongeschoolde, laag betaalde arbeid met een hoog “productiegehalte”, aan de partijbedoeling zoals deze op schrift is gesteld in beginsel minder betekenis toegekend dient te worden. Doorslaggevend is de wijze waarop partijen feitelijk uitvoering hebben gegeven aan de overeenkomst. Gelet op de hoge mate van gedetailleerde instructies die PostNL geeft ten aanzien van de uitvoering van het werk zoals de eisen waaraan de bus dient te voldoen, kleding en schoeisel, de wijze waarop de routes gereden dienen te worden, de controle die hierop wordt uitgeoefend, het feit dat de subcontractor zich niet structureel mag laten vervangen en alleen door vooraf door PostNL goedgekeurde vervangers en tenslotte het feit dat deze subcontractors alleen voor PostNL werken en daardoor in een economisch afhankelijke positie zijn komen te verkeren, ontbreekt het zelfstandig ondernemerschap en acht de kantonrechter alle essentialia van een arbeidsovereenkomst aanwezig. Ten aanzien van een derde subcontractor heeft de rechter geoordeeld dat geen arbeidsovereenkomst aanwezig was. Deze subcontractor was ook voor aanvang van zijn werkzaamheden voor PostNL al als zelfstandige ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en reed structureel meerdere routes die niet door één persoon te bemensen waren. Hij zette dan ook structureel betaalde vervangers in. Deze situatie vertoont meer de kenmerken van zelfstandig ondernemerschap dan van een arbeidsovereenkomst.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.